In september werd ik gebeld door de Trouw of ik de klimaatop in Parijs wilde verslaan, in 5 columns in de krant. Dát is zo maar een voorbeeld van de kracht van Twitter.nIk ben dol op Twitter. Het verbindt en het versnelt. Als een razende vliegt kennis en ervaring de wereld over. De afgelopen 6 jaar becommentarieerde ik het klimaatbeleid en de Hollandse energietransitie dagelijks: in 34.135 tweets, ca 15 per dag, 140 tekens per stuk. Er valt dan ook veel te delen en te zeggen.

Anna, directeur van Klimaatverbond vroeg mij onlangs op persoonlijke titel een nieuwjaarswens voor jullie in de vorm van een Trouw column te gieten. Bij deze.

ntDe marathon

Mijn eerste baan was  meer dan 15 jaar geleden op een hogeschool in Amsterdam. Ik deelde mijn kamer met M., het wiskundige brein achter de cijferadministratie van 20.000 studenten. Hij herlas elke zomer op de camping in Bakkum een paar delen uit de romancyclus Het Bureau van Voskuijl, ter relativering, dan kon hij er weer een jaartje tegenaan. Boven onze kamer huisde Het College van Bestuur die steeds weer wat nieuws verzon en soms de aansluiting met de praktijk wat leek te missen. De wildste actie was het in de mottenballen leggen van de klassieke docent en het tot summum verheffen van het “leren-leren”. De beleidsmakers waren zó onder de indruk van het net nieuwe internet, dat de school de studenten ging faciliteren om elkaar te leren zwemmen in de informatieoceaan. Collega M.'s motto: "er is Eb en Vloed. Dan gaan we weer naar links en na een paar jaar later weer naar rechts. Hopend dat we per saldo een heel klein beetje vooruit gaan". Gelaten sloeg ik dat mechanisme jaren gade.

Bijna 10 jaar geleden, in december 2006 kwam ik bij het Klimaatverbond. Het was de tijd dat je het ambitieniveau van het klimaatbeleid van een gemeente kon aflezen aan het tijdstip waarop ze dachten in de gebouwde omgeving van de hele gemeente, klimaat- of energieneutraal te zijn. “Apeldoorn energieneutraal in 2020”. “Wageningen klimaatneutraal in 2030!” want in Wageningen namen ze ook gelijk het indirecte energiegebruik mee van vlees, zuivel en voedselverspilling (helden). Het was de tijd dat alle gemeenten met het rijk afspraken dat ze in 2015 75% duurzaam zouden inkopen. Minister Cramer verbood rigoureus de gloeilamp. Dat scheelde ons een he-le-boel werk: gemeenten hoefden inwoners en bedrijven niet te masseren om een positieve attitude te ontwikkelen voor het energiezuinige alternatief.

Energieneutraal en klimaatneutraal, dat leek mij ook niet echt ingewikkeld. We kunnen wereldwijd maar liefst 70% energie besparen met alles wat we weten en kunnen, 50% van de Hollandse daken is geschikt voor het opwekken van warmte en elektriciteit met zonneboilers en panelen, overal is energie te vinden: waterzuiveringen kunnen met het vergisten van rioolslib energiefabrieken zijn, elk kantoor een warmtepomp en energie gebruiken met je gezonde verstand. Gewoon een kwestie van doen.

Dat klimaat en energieneutraliteit op de korte termijn mij een zeer haalbare zaak leek kwam misschien ook door de Klimaatverbondprojecten waarin ik met kinderen samenwerkte zoals de Kinderklimaattop. Kinderen kennen geen woorden als “Afbreukrisico” en “Afschrijving” en andere Grote-Mensen-woorden die de boel flink kunnen vertragen.
• Bomen omhakken tijdens een klimaatcrisis? Ben je gek geworden, elke gemeente een eigen klimaatbos!
• Iedereen een persoonlijke uitstoot-strippenkaart
• Elk gebouw een Met-Eén-Knop-Alles-Uit-Behalve-de-vriezer-knop,
• En natuurlijk een rode loper voor álle inwoners die zelf zonne-energie en windenergie opwekken.
Ik denk wel eens dat als we alle logische maatregelen die ik tijdens de kindertoppen heb gehoord, zouden durven te nemen, we zonder problemen energieneutraal zijn in 2020.

In 2008 werd alles anders. De bezuinigingen die volgden op de kredietcrisis waren een keerpunt. In een gemeente niet ver hier vandaan werd de afdeling Klimaatbeleid voor de crisis door 10 mensen bemand, nu zijn het er nog maar 2. Burgers sprongen in dat gat, gingen aan de slag met lokale energie en energiebesparing: de energieke samenleving was geboren.

Rond 2010 werd de Hollandse keukentafel Neerlands hoop voor het klimaat. Bij het project Zonatlas kwam ik de meest fantastische voorbeelden tegen: buurmannen en -vrouwen die aan het begin van hun woonerf buurtgenoten aanspraken en samen rijen huizen belegden met zonnepanelen en de gepensioneerde techneuten die onvermoeibaar vertelden over hun zonneboilerinstallaties tijdens gemeentelijke bijeenkomsten over zonne-energie.

Maar opeens gebeuren er rare dingen aan de keukentafels in het land. Vorige week verklaarde mijn oude professor Gerard Rooijakkers in het 8 uur journaal afgehakte varkenskoppen en bungelende kadavers.. De energie in de samenleving lijkt opeens héél ergens anders te zitten: een herleving van de Middeleeuwse volkscultuur in Nederland, anno 2016.

2016. We houden net als de Middeleeuwers nog enorm van vuur: de kolencentrales vlammen en in Den Haag worden discussies gevoerd dat het aandeel duurzaam in de totale energiemix dreigt te kelderen als we de bijstook van hout zouden moeten missen en de centrales daarom open zouden moeten blijven. Laten we deze discussie als-je-blieft verleggen naar het meer-dan-magische effect van energiebesparing op het aandeel duurzame energie in de totale energiemix in het land! De groenste energie is de energie die je niet hoeft op te wekken!

Mijn wens voor 2016 is dat we ons vol energie kunnen richten op wat we lokaal, samen kunnen veranderen.

Klimaatverbond bestaat dit jaar 25 jaar. Deze zaal is gevuld met marathonlopers, en ons geduld wordt soms flink op de proef gesteld.

We hebben gezien de urgentie van het klimaatprobleem geen tijd voor “Eb en Vloed en steeds een beetje vooruit” dus ik hoop voor ons allemaal dat het Rijk belastingmaatregelen gaat inzetten als stuurmiddel naar een schone energievoorziening. Maar als dat niet gebeurt, dan wens ik van harte dat we ons niet laten gijzelen door het prisoners dilemma. Laten we ons niet blindstaren op Kamp of de Chinezen. Maar houdt vooral de “CO2 man, de onverschrokken of onbewuste CO2 uploader*” in je eigen omgeving of in jezelf in de gaten.

De meeste invloed heb je op je directe omgeving, op je vrienden, collega’s en je familie, door zelf het goede voorbeeld te geven en oplossingen te zoeken. Ik hoop dat we in 2016 samen een sprint kunnen trekken en over een paar dagen op 5 februari een massaal klimaatstatement maken op Warmetruiendag.

Een heel goed 2016 gewenst.

Anne-Marie Pronk (Klimaatzuster.nl)

Hier vind je alle columns uit de Trouw op een rij.