Op 12 juli ging het kabinet akkoord met de hoofdlijnen van een nationaal energieakkoord. Deze zomer wordt intensief gewerkt aan de nadere invulling. De kans is groot dat kort na de zomer een akkoord voor ondertekening van de ruim 40 partijen, van overheden (lokaal tot nationaal), bedrijfsleven tot een breed spectrum van maatschappelijke organisaties, klaar ligt.

Dan pas kan een definitief oordeel gegeven worden over de waarde van dit akkoord.

Duurzame energieopwekking en energiebelasting

De hoofdlijnen bieden, voor lokale overheden, duidelijke kansen. VNG onderhandelaar in het SER proces en vice-voorzitter van het Klimaatverbond Thijs de la Court: "Erkenning van het belang van de enorme kracht van ontwikkelingen van 'onderop', de energieke samenleving, is wezenlijk. Dat vertaalt zich in een concreet voorstel om de energiebelasting voor lokaal en cooperatief opgewekte duurzame energie te verlagen dat energie-cooperaties en verenigingen van eigenaren met een sluitende businesscase aan het werk kunnen. Dat is een doorbraak van belang!"

Lokale maatregelen voor energiebesparing

Energiebesparing in de gebouwde omgeving bij bedrijven, particuliere wooneigenaren, huurders en in het maatschappelijk vastgoed krijgt breed aandacht in het energieakkoord. Ook hier heeft de VNG de rol van gemeenten stevig neergezet. In de uitwerking van het Energieakkoord krijgen Klimaatverbond, Platform 31 en het Innovation Lab van de Universiteit van Leiden, in opdracht van de VNG, een belangrijke rol om met regio's  een pakket van maatregelen vorm te geven. Bijvoorbeeld gericht op uitvoering van de Wet Milieubeheer die bedrijven verplicht om alle energiebesparende maatregelen te nemen die zich in vijf jaar terug verdienen. Of in ondersteuning voor particulieren en huurders bij het duurzaam renoveren van hun woningen. Versterking van de energieke samenleving, rolverandering van lokale overheden, is hier een belangrijk thema.

Grote lijnen, geen fundamentele transitie

Thema's als het sluiten van oude kolencentrales, het versterken van het emissiehandelssysteem (ETS) en het vergroten van de exportmogelijkheden van duurzame innovatie vormen belangrijke onderdelen van het Energieakkoord. Echter, wie van dit intensieve SER proces een werkelijke transitieagenda als resultaat verwacht komt bedrogen uit. De hoofdlijnen van het SER Energieakkoord zijn vooral een nadere uitwerking van bestaand beleid. Dat is welkom. Maar tegelijk is het een compromis van partijen met strijdige belangen. Dat resulteert bijvoorbeeld in de voorspelling dat het kabinetsdoel om in 2020 minstens 16% van de energie duurzaam op te wekken niet gehaald zal worden. Ook doelstellingen op het gebied van energiebesparing staan sterk onder druk. Het Energieakkoord biedt dus geen doorbraak.

Voor lokale overheden, leden van het Klimaatverbond, biedt het Energieakkoord vooral veel kansen. Het Klimaatverbond zal, samen met haar partners, er aan bijdragen dat lokale partijen die kansen omzetten in concrete aktie. Voor een duurzame wereld, voor een energieke samenleving.

Klik hier om naar SER pagina over het energieakkoord te gaan.