Het Klimaatverbond heeft het voorstel 'verruimde salderingsregeling voor collectieve zelflevering' ondertekend. Onderstaand vindt u de tekst van het voorstel.

Geachte Minister,

Samen met u willen wij in deze kabinetsperiode echt 'het verschil' maken met duurzame lokale energie, door als lokale overheden, burgers en bedrijven samen collectief duurzame energie lokaal op te wekken én lokaal te gebruiken. Dit kan door verruiming van de salderingsregeling voor duurzame zelflevering. Zo laten we particulier spaargeld versneld rollen voor duurzame doelen. Samen dragen we zo bij aan de klimaatdoelstelling van 14 % duurzame energieopwekking in 2020 en krijgt de Staat in korte tijd een aanzienlijke 'cashflow' van tussen de 1 en 3 miljard Euro, dankzij BTW-inkomsten uit investeringen in energie opwek installaties, aanvullende inkomstenbelasting en minder claims op werkloosheidsuitkeringen. Hier staat tegenover dat de inkomsten uit de energiebelasting dalen. Deze vermindering van inkomsten weegt echter niet op tegen de hogere opbrengsten. Daartoe is dit voorstel voor een Deal: geen SDE-subsidie enerzijds en geen energiebelasting voor collectieve zelflevering anderzijds.

Energiebesparing loont: het is goed voor milieu, portemonnee, werkgelegenheid in energiebesparing en daarmee ook voor de Staat. De overheid maakt zich terecht geen zorgen over gederfde inkomsten uit energiebelasting door energiebesparing. Duurzame energieopwekking loont ook, zeker als je dat als collectief met elkaar doet, met spaargeld of met geleend geld. Dan kan er veel méér dan 'ieder voor zich', omdat een aantal duurzame technieken op kleine schaal nu vaak nog te duur is en subsidie vereist, of onvoldoende zoden aan de dijk zet en relatief veel tijd en moeite kost. Met collectief duurzaam lokale energieopwekking wordt naast de winst voor het milieu ook de winst voor de Staat aanzienlijk groter. De BTW die betaald wordt voor de installaties geeft de Staat een behoorlijke cashflow ineens,zeker op dit moment gunstig is, nu we nog de naweeën ondervinden van de financiële en economische crisis en kampen met tekorten. Maar zodra mensen die opgewekte energie voor eigen gebruik willen aanwenden als eigenaren, dan maakt u zich als overheid vooralsnog zorgen over de jaarlijks gederfde inkomsten uit energiebelasting, voor de komende 20-25 jaar. Uw zorg hierover is begrijpelijk, maar gaat voorbij aan de eerder genoemde opbrengsten en innovaties die hier tegenover staan. Wij verzoeken u daarom voor 1 juli 2011 positief te besluiten over ons voorstel voor verruiming van de salderingsregeling voor 1 juli 2011.

In uw brief aan de Tweede Kamer van 22 maart 2011 geeft u aan op zoek te zijn naar initiatieven die op zichzelf rendabel zijn, maar die vanwege bepaalde belemmeringen niet tot stand komen. U bent bereid dit soort initiatieven een duwtje in de rug te willen geven om zo de markt in beweging te krijgen; U nodigt ons als bottom-up organisaties uit om met voorstellen te komen, en wilt uw ondersteuning afstemmen op onze behoeftes. Wij van onze kant hebben begrip voor uw zorg: minder inkomsten uit energiebelasting. Wij willen hierover graag een Green Deal met u aangaan: geen SDE-subsidie enerzijds en geen energiebelasting voor collectieve zelflevering anderzijds.

Naar een Green Deal

Onze behoefte om met u een Green Deal aan te gaan heeft betrekking op het wegnemen van de voor ons grootste belemmeringen in wet- en regelgeving: collectieve zelflevering.Wij willen graag met u toe naar een verruimde salderingsregeling mits er natuurlijk wel een helder criterium blijft bestaan wanneer er wel of niet sprake is van collectieve zelflevering en daarmee vrijstelling van energiebelasting.

Nu is het criterium dat de energie op het eigen terrein wordt opgewekt en gebruikt kan worden zonder transport over het elektriciteitsnet. Wij pleiten ervoor dit criterium te vervangen door het criterium van mede-eigendom van, en mede-zeggenschap over de energieopwekkende installatie. Als iemand kan aantonen dat hij of zij mede-eigenaar is van een duurzame lokale opwekinstallatie en daarmee een vast te stellen hoeveelheid elektriciteit opwekt, dan wordt deze elektriciteit in mindering gebracht op het totale, via het elektriciteitsnet verkregen, elektriciteitsgebruik. Zo faciliteert u als nationale overheid burgers en bedrijven die verantwoordelijkheid willen nemen voor en willen investeren in duurzame energie opwekking voor eigen gebruik. Dit creëert ook kansen en mogelijkheden voor burgers en bedrijven die niet over een eigen geschikt dak of erf beschikken, maar wel een bijdrage willen leveren aan de verduurzaming van de energievoorziening. Zo'n regeling met zo'n helder criterium heeft de volgende voordelen:

  • nttAlle gebruikers van panden of terreinen krijgen gelijke rechten en kansen om eigen energie op te wekken, ongeacht of zij individueel of gezamenlijk een dak of terrein beheren, een goed dak hebben, eigenaar of huurder zijn.
  • nttHet aantal mensen dat bereid is om te investeren in eigen lokale energie is een veelvoud van het huidige aantal en zal de omvang van particuliere investeringen aanzienlijk vergroten, met als gevolg een sterke vergroting van particuliere investeringen en belastinginkomsten voor het rijk, terwijl de derving van energiebelasting pas vele jaren later gevoeld zal worden.
  • nttDoordat het hiermee aantrekkelijk wordt om daken en terreinen in te zetten voor energieopwekking door collectieven, leidt dit tot een optimaal gebruik van de zgn. 'loze'derde ruimte.
  • nttDoordat gebruik van de derde 'loze' ruimte lokale samenwerking tussen burgers en organisaties vereist, wordt tegelijk met de lokale energieopwekking sociale cohesie vergroot.
  • nttDoordat mensen nu kunnen kiezen voor verschillende plekken om hun elektriciteit op te wekken, voorkomt het verrommeling van de eigen omgeving. Voor de ruimtelijke planning en schoonheid is dit een zeer belangrijk voordeel.
  • nttNu is vaak de mogelijkheid van verhuizing een belemmerende factor voor investeringen. In het nieuwe systeem kan met een eenvoudige administratieve handeling het aandeel in eigen energieopwekking overgeschreven worden van het ene pand naar het pand dat men gaat betrekken.

ntWij als ondertekenende organisaties werken al sinds langere tijd - al dan niet in coöperatief verband - als coproducenten (d.w.z. als verantwoordelijke burgers, samen met bedrijven en in een aantal gevallen ook met lokale overheden) aan een duurzame toekomst zonder 'fossiel'; als lokale duurzame energiebedrijven. Wij wekken energie op uit duurzame bronnen die lokaal beschikbaar zijn, zoals zon, wind, aardwarmte en biomassa. Via participaties kunnen inwoners en bedrijven eigendomsrechten kopen of leasen voor eigen gebruik. Zo geven wij vorm aan een economie die in dienst staat van de (lokale) samenleving, waarin de eindgebruiker centraal staat, en waarin er maximale transparantie bestaat over de maatschappelijke en financiële toegevoegde waarden in de verschillende schakels van de economische keten. Onder maatschappelijk toegevoegde waarden verstaan we o.a. (lokale) werkgelegenheid, en (lokale) sociale cohesie die kan worden bevorderd als een deel van de financiële winst terugvloeit naar de lokale gemeenschap. Wij zien het collectieve zelfleveringsmodel als een belangrijk middel, niet alleen voor verbreding van een duurzaam decentraal energietransitiepad, maar ook voor de versterking van een duurzame lokale zelfredzame gemeenschap met zorg voor elkaar en voor de directe leefomgeving.

ntUw beleid inzake duurzame energie opwekking zet vooral in op subsidie voor grootschalige wind- en biomassatoepassingen. Met enkel dit pad zal ons inziens de doelstelling van 14 % duurzame energie opwekking in 2020 niet worden bereikt. Bovendien blijven op deze manier lokale mogelijkheden onbenut en wordt na opwekking energie verspild door energie te verplaatsen over grote transportafstanden. Dat kan beter en efficiënter. Wij zijn van mening dat er uit oogpunt van systeemoptimalisatie (en kosten overwegingen), ook voor het net en het netbeheer, belangrijke kansen liggen op mesoniveau, zeker als daarbij nieuwe financieringsconstructies worden meegenomen, zoals die waarbij eindgebruikers meefinancieren, bv. in een PV-installatie van een groep bewoners, of in een 'eigen' windmolen van een heel dorp of bedrijventerrein. Zo kan decentraal particulier geld vrijgemaakt worden voor duurzame nationale doelen, en aanvullende financiering van banken ingezet worden voor duurzame doelen. Wij zien dit als een veelbelovend aanvullend decentraal transitiepad. De Green Deal tussen u en ons. In aanmerking genomen bovenstaande knelpunten en kansen, en om bovengenoemd decentraal duurzaam energietransitiepad te verbreden en te faciliteren zeggen wij als ondertekenaars aan u toe geen beroep op SDE+ te doen, op voorwaarde dat u ons voor de duurzame energie installaties die wij in de komende 3 jaar willen realiseren (met een maximum van 500 MW) gedurende de levensduur van deze installaties collectieve zelflevering toestaat met een verruimde salderingsregeling. Alleen de installaties die binnen 3 jaar nadat onze Green Deal is gesloten door ons zijn aangeschaft en geïnstalleerd vallen onder deze Deal. De feitelijke in werking treding van collectieve zelflevering met deze installaties mag dan nog tot eind 2015 in beslag nemen. Wij gaan uit van een 'go' van uw kant op 1 juli 2011. In bijlage 1 staat het maximale ambitieniveau (in kWp) vermeld per ondertekende organisatie die betrokken is bij voorliggende Green Deal met u. In totaal komen wij uit op een 'realistisch maximum van 500 MW, verdeeld over de verschillende lokale bronnen, waarbij per situatie steeds de beste investeringsmogelijkheid is onderzocht. In alle gevallen gaat het om lokaal opgewekte energie dankzij gezamenlijke investering, uit een lokale duurzame bron (zon, wind,aardwarmte, biomassa, etc.), welke ook lokaal wordt afgezet en waarin sprake is van meerdere afnemers en zeggenschap van eindgebruikers. De komende 3 jaar kunnen vervolgens door u en ons gebruikt worden om ervaring op te doen met deze manier van burger- en bedrijvengeld vrijmaken voor duurzaamheidsdoelen. Er zullen gaande dit proces bedrijfsmodellen aan de oppervlakte komen die in de transitie naar duurzame energie betekenisvol zijn. Dat biedt u de mogelijkheid om passend beleid te maken voor de langere termijn inzake decentrale duurzame energie opwekking alsook inzake de transitie naar een meer duurzame belastingsystematiek. Vanzelfsprekend denken wij ook daarin graag met u mee. We zijn ons er terdege van bewust dat wij als ondertekenende organiaties met deze experimenteerruimte van max 500 MW een uitermate spannend en uitdagend maatschappelijk leerproces met u aangaan. Om die reden hebben wij ook een Comite van Aanbeveling benaderd (zie bijlage 2), bestaande uit gezaghebbende hoogleraren die ook met u en ons mee willen kijken, leren en adviseren, zodat u uiteindelijk tot verantwoorde vernieuwde wetgeving met heldere criteria in dezen komt.

ntMet vriendelijke groet,

ntIKS project: Co-Operatie Zuid: “Wij krijgen kippen!” (i.s.m. o.a. Liander, gemeente Amsterdam, Windvogel en ASN), tevens penvoerder voor deze Green Deal

ntStichting Triple I-S: ENERGIE van boerENbuur (i.s.m. LTO en Greenchoice)

ntVvE Leeuwarden (i.s.m. gemeente Leeuwarden)

ntProjectManagementBureau Amsterdam: VvE’s Amsterdam

Grunniger Power

Klimaatverbond Nederland