Op vrijdag 6 juni heeft de jaarvergadering van het Klimaatverbond plaatsgevonden. De vergadering werd geopend door Klimaatverbond-voorzitter Robert Linnekamp, die Ed Nijpels (voorzitter borgingscommissie Energieakkoord) en de heer Kees Jan de Vet (directie VNG) introduceerde. Hij stelde hen hierbij de vraag hoe gemeenten moeten zorgen voor goed lokaal klimaatbeleid in tijden van krimpende budgetten.
Goed energiebeleid hoeft niet duur te zijn
Thijs de la Court, gespreksleider van de discussie en vicevoorzitter van Klimaatverbond, signaleerde dat gemeenten moeite hebben om de begroting sluitend te krijgen. Hij bescheef hoe het klimaatbeleid in de vorm van stimuleringsregelingen zoals SLOK in de loop van de jaren steeds verder afbrokkelt en verknipt wordt in periodes van circa drie jaar. Daardoor wordt een structurele beleidsvoering op energie heel erg moeilijk. Hoe gaan we zorgen dat in deze komende periode ‘de kiel steeds dieper zal gaan’?
Hierop reageerde Ed Nijpels met de opmerking dat de financiële nood in gemeenten alleen maar groter gaat worden. Maar het goede nieuws is dat energiebeleid niet duur hoeft te zijn, want maatregelen verdienen zichzelf terug. Je moet maatregelen wel gefinancierd zien te krijgen. Dan moet je lokaal samenwerken met partijen zoals installateurs en aannemers. Nijpels zei verder dat een zogenaamd gebrek aan draagvlak een smoes is voor sommige wethouders en dat het ook op hun eigen bestuurskracht aankomt. Ook meldde Nijpels over de werkbaarheid van onderdelen als de postcoderoos dat "we wel kunnen praten over de manier waarop we een en ander uitvoeren, maar we gaan niet meer onderhandelen."
Kees Jan de Vet: “We moeten niet vies zijn van verantwoordelijkheid. Ik voorzie een beweging waarin het Energieakkoord in alle Nederlandse gemeenten van grote betekenis wordt. Volgens mij liggen er heel veel kansen.” Er zijn nu al gemeenten die aan de slag zijn gegaan, zoals Tilburg en Leeuwarden. Deze koplopers moeten de rest van het land meenemen via de onderlinge netwerken in de regio. Vervolgens reageerde de recent aangetreden wethouder duurzaamheid van Utrecht, Lot van Hooijdonk, dat “je heel veel kunt doen als wethouder, maar een beetje uitvoeringskracht gaat kleine gemeentes echt helpen.” Utrecht was vandaag tevens gastgemeente van het congres Energieakkoord in de Praktijk, dat mede georganiseerd werd door Klimaatverbond en stichting Natuur en Milieu. Het doel van dit congres was het formuleren van een aanbevelingsdocument waarin de grootste kansen en belemmeringen die voortvloeien uit de uitwerking van het Energieakkoord staan beschreven vanuit het perspectief van alle partijen die in de praktijk aan de slag moeten met die uitwerking. Dit document had Nijpels eerder die dag in ontvangst genomen en is inmiddels gepubliceerd. Meer informatie over het congres vindt u op www.energieakkoordindepraktijk.nl.
Het Energieakkoord heeft er voor gezorgd dat alle betrokkenen zoals VNG, IPO en waterschappen aan de slag zijn gegaan met de doelstellingen. De samenwerking tussen Klimaatverbond en de VNG wordt geoptimaliseerd via de ondersteuningsstructuur en de commissie Milieu, Energie en Mobiliteit. Ed Nijpels sloot het gesprek af door te herhalen wat hij tijdens het congres ook had gezegd, dat decentrale overheden een centrale en heel belangrijke rol spelen in de uitvoering van het Energieakkoord.